De wereldeconomie bevindt zich in een fundamentele transitie. De aankondiging van een nieuw tarievenbeleid door de Verenigde Staten, de EU, China, Canada, enz. zal grote gevolgen hebben voor Belgische ondernemingen die internationaal handelen. Hoewel veel aangekondigde maatregelen nog omgezet moeten worden in wetgeving, lijkt het alvast zeker dat verhoogde douanetarieven en handelsbelemmeringen de wereldwijde handel zullen domineren. Voor ondernemingen brengt deze evolutie aanzienlijke uitdagingen met zich mee – maar ook kansen.
Het is van belang dat ondernemingen een duidelijk beeld hebben van hun handelstromen en (internationale) waardeketting
Enerzijds kunnen ondernemingen bij de selectie van leveranciers rekening houden met de oorsprong van goederen. De oorsprong van goederen speelt vaak een grote rol bij de toepassing van een preferentieel tarief (korting op het invoerrecht of een vrijstelling daarvan), maar ook bij handelspolitieke maatregelen. Anderzijds kan het in bepaalde gevallen interessanter zijn om componenten of halffabricaten in te voeren eerder dan een afgewerkt product, of omgekeerd. Daarnaast kan een goed beeld van de waardeketen bedrijven ook in staat stellen om bepaalde douaneregelingen te identificeren die douaneverplichtingen en/of kosten optimaliseren, bv. actieve of passieve veredeling, tijdelijke invoer of uitvoer, opslag onder douanetoezicht, enz.
Daarnaast is natuurlijk ook een juiste goederenclassificatie en optimale douanewaarde noodzakelijk. In dit verband kan een onderneming overwegen een ruling aanvragen bij de douane-administratie met het oog op het verkrijgen van rechtszekerheid omtrent de goederenclassificatie en kan de douanewaarde beïnvloed worden door de internationale waardeketen te structureren.
Verder kunnen uniforme en consistente handelsstromen bijkomende administratieve kosten vermijden. Goederen invoeren in een land brengt naast douaneformaliteiten ook andere verplichtingen mee op het vlak van indirecte belastingen. Door bewust en op consistente wijze handelsstromen te structureren, zodat het aantal landen van invoer beperkt wordt, wordt vermeden dat meerdere btw-registraties nodig zijn. Op deze manier kunnen ook de secundaire administratieve kosten van invoertransacties geoptimaliseerd worden. Vanzelfsprekend spelen ook logistieke kosten een rol in deze analyse.
Tot slot is het van belang op een correcte en efficiënte manier om te gaan met commerciële afspraken. Als een leverancier of klant invoerformaliteiten contractueel op zich neemt, kunnen kosten vermeden worden. Het spreekt voor zich dat de commerciële opportuniteit (klantgerichtheid) en de impact hiervan op de gerealiseerde marge mee in rekening gebracht wordt.
Uit het voorgaande blijkt duidelijk dat ondernemingen er in deze turbulente tijden goed aan doen om hun handelsstromen en commerciële afspraken in kaart te brengen en idealiter te uniformiseren, bv. door middel van richtlijnen voor de verschillende afdelingen in een onderneming (inkoop/verkoop, logistiek, finance, juridisch, enz.).
De bredere fiscale impact en opportuniteiten
De hertekening van de architectuur van de wereldwijde handel heeft ook gevolgen die veel verder gaan dan hogere invoerkosten en handelsbelemmeringen. Verhoogde douanetarieven hebben ook invloed op de manier waarop multinationale bedrijven moeten omgaan met o.a. verrekenprijzen (transfer pricing), vennootschapsbelasting en btw.
Transfer pricing-modellen die werkten in een wereld met lage(re) douanetarieven zijn mogelijk niet langer bruikbaar. Nieuwe kostenstructuren kunnen de winstmarges bedreigen en verliezen veroorzaken, waardoor extra aanpassingen van de verrekenprijzen nodig zijn. Veranderingen in toeleveringsketens, zoals de verplaatsing van productieactiviteiten, kunnen een nieuw beleid en een zorgvuldige afweging vereisen van o.a. exitheffingen, nieuwe belastingregistraties, risico’s op de creatie van vaste inrichtingen (voor directe en indirecte belasting). Een correcte impactanalyse van de handelsdisruptie alsook het verwerken van noodzakelijke wijzigingen in de transfer pricing documentatie zullen nodig zijn.
Verhoogde invoertarieven leiden principeel ook tot een stijging van de btw die verschuldigd is op het moment van invoer van de goederen. Hier kan het opportuun zijn om de onnodige aanwending van werkkapitaal te vermijden door optimaal in te spelen op vergunningen om invoer btw te verleggen, invoerhandelingen vrij te stellen van btw of (al dan niet tijdelijk) te vermijden dat btw verschuldigd wordt over de invoer van de goederen.
Heb je een vraag, reik dan gerust uit naar onze specalisten terzake.